Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Maand: februari 2015 (Page 1 of 3)

De tijd van het jaar

“Wat staat er nu op die plakkaten?” had Luc gevraagd. Hij bedoelde niet dat hij niet wist waarover die plakkaten het hadden. Dat was klaar en duidelijk. Het betrof de jaarlijkse rally. Maar de verdere gegevens kon hij van uit de rijdende auto niet lezen.

Bij een volgende passage stopte hij om het plakkaat te lezen. Thuis sloeg hij aan het googelen. Heb ik al gezegd dat Luc nogal rally-gezind is? Neen? Wel dat is zo. Dat blijkt ook uit logjes van vorige jaren.

Ergens gedurende deze week hoorden we ergens het geluid van een rallyrijder. Gisteren, op de dag van de officiële trainingsritten hoorden we niets. Tot … “Nu!” zei ik. Luc opende het raam, maar het was een blaffende hond.

Terwijl Luc zijn filmmateriaal controleerde zei hij: “morgen om 8u sta ik daar hé”. Dat had hij niet moeten zeggen, dat had ik ook zo kunnen weten.

Ik kon het niet laten te zeggen: “pas toch maar goed op”.



Marcelleke

Natuurlijk zijn er dan weer mensen die geen manieren hebben of die nooit manieren geleerd hebben. Want wat denk je dan van de man die bij het avondeten het even te warm krijgt, zijn bovenkleren uitspeelt en in zijn mouwloos onderhemd aanschuift. Dit soort onderhemd wordt in bepaalde regio’s hier te lande een marcelleke genoemd.

De groep gruwde bij de aanblik van zijn okselhaar. Wij hadden met een vroegere groep gegeten maar ik denk dat ik er wel een opmerking zou over maken. Je avondeten moet toch een moment van rust zijn en moet nog smaken ook. En dat doet het niet met een marcelleke aan tafel.

We hebben hier thuis niet de gewoonte om zo aan tafel te gaan en ik zie niet in waarom we het zouden nemen van iemand anders.

Marginalen

Telkens ik het woord “marginalen” tegenkom, huiver ik wat. Het hokjesdenken van mensen stoort me soms en hun beoordelingsvermogen kan daar achteraan. Bovendien vind ik het woord nogal slecht gekozen voor het aanduiden van mensen.

Bij de reacties van het krantenartikel in het berichtje van gisteren stond het weer.

den Tom heeft daar volledig gelijk in. Blankenberge trekt op niks. en trekt alleen maar marginaal volk aan.

Veralgemenen is altijd uit den boze. Op wat baseren mensen zich om iemand marginaal te noemen? Als iemand er uit ziet als de familie Flodder? Of omdat ze in de vrije liefde geloven, van de ene partner naar de andere? Dat doen veel BV’s toch ook?

Omdat ze niet werken en van den dop leven? Vragen ze dan eerst aan de personen in kwestie of ze werk hebben, alvorens hen marginaal te noemen.

Of gewoon omdat hun levensstijl niet strookt met de eigen opinie?

Ik vind sommige goed en zelfs chique gekleden enger dan iemand met veel piercings en tatoeëringen, al vind ik dat niet mooi, maar dat is nog iets anders dan marginaal.

Ten alle kost besparen

Ze moeten besparen bij de TV. Dat werd ons toch zo verteld. Er was ook al gelamenteer over door de werknemers van de zender zelf.

Dan vraag ik me af waarom er zoveel programma’s moeten worden gemaakt waarbij een ganse crew op reis moet, liefst zo ver mogelijk. Dat kost nu eens stukken van mensen.

Dat ze dan in Blankenberge boos worden over een opmerking van Tom Waes is natuurlijk kinderachtig. Tom Waes moet zulke dingen zeggen of ze sturen iemand anders in zijn plaats op reis.

Nu heb ik natuurlijk alleen Tom Waes genoemd, maar kijk eens verder naar die zender. De ene na de andere is de hort op met het doel te besparen, als het maar in het buitenland is.

Een mens is nooit alleen

Het was vroeg in de morgen. De grote hal lag er nog verlaten bij.

Ik bukte me op iets op te rapen van onder de tafel.

Net toen ik wou rechtstaan, kwam ze de grote deuren door, ze zette haar voet elegant voor zich uit, bracht haar armen in de houding en maakte een pirouette.

Pas dan zag ze me.

Alles komt terug

Toen ik zo in de krant las dat Wickie De Viking dit jaar op de Rode Kruis-sticker zal staan, dacht ik ineens aan Maya de Bij die je ook weer overal ziet opduiken.

En toen ineens zag ik ook de Barbapapa’s weer. En al dateren al die figuren van toen Zoneke een heel klein Zoneke was, had hij indertijd enkel een voorkeur voor deze laatste wezens.

Hij kende al hun namen, die ik indertijd ook wel kende maar nu wel vergeten ben, al weet ik wel nog dat die met het springerige haar Barbabob heette.

Nu zijn ze er weer om een nieuwe generatie ukjes plezier te bezorgen.

Wat ook weer terug lijkt te zijn is mijn voornaam. Die is jaren uit roulatie geweest. Ik dacht dat ik de laatste generatie was geweest die zo heette.

Laat me nu toch op de laatste evenementen drie keer met mijn eigen naam geconfronteerd worden, de eerste keer met het kindje -één jaar oud- zelf, de tweede keer met een fiere papa die me vertelde dat zijn dochtertje van 15 maanden ook zo heette en de derde was een twintiger, maar die was dan wel van Spaanse origine.

Die jongedame telt natuurlijk niet mee voor het terug in zwang komen van de naam.

En ja, alles komt terug. Wij zijn er dus ook weer, al slapen we -als alles goed zit- nog een poosje uit.

Knal!

Ze hadden het er over gehad op ROB-TV. Er zou die nacht meer politie ingezet worden omdat ze meer zatlappen met het bijkomende nachtlawaai en ook vandalisme verwachtten.

Maar wie verwacht nu zoiets?

We reden de parkeergarage van het hotel in. Iets flitste wit weg en knalde. Luc stopte. We hebben de scherven opzij geveegd met onze voet. De tweede fles, die nog intact was hebben we uit de weg geschopt.

Beide flessen hadden zich in het midden van de inrit van de hotelgarage bevonden.

De gazetten

Ergens vind ik dat er iets ontbreekt in ons leven. Wij lezen de gazetten dan wel, maar het zijn de gratis versies die je op internet vindt.

Volledig zijn die helemaal niet. De titels van hun artikels kunnen soms op een opsomming van een roddelblaadje lijken.

Andere kan je dan enkel de aanzet lezen. Verder lezen is voor abonnees. Ze hebben natuurlijk gelijk, maar het is een beetje beperkend.

Maar wat doen we er aan?

Ons abonneren op één of andere krant is echt weggegooid geld. We zijn namelijk een derde van het jaar niet thuis.

Papieren kranten die we dan achteraf kunnen lezen? Dan is het ook geen nieuws meer, maar oud nieuws en zijn de kranten enkel goed om bij het oud papier te zetten. En dan kunnen we even goed verder gaan met het lezen van de gratis versies die we op internet vinden.

En zeggen dat ik vroeger de papieren gazet van voor naar achter, voetbalpagina’s uitgezonderd, uitploos.

Het chique hotel

Op een avond in een chique hotel maken Luc en ik ons klaar om naar bed te gaan.

Op het ogenblik dat wij in bed willen stappen -wij slapen zonder pyjama, dat zegden we al- merk ik dat ik helemaal geen dekbed heb, enkel een onderlaken ligt er op mijn bed.

Nadat ik dit wereldschokkend nieuws aan Luc meldde, keken we elkaar aan met een “wat-nu?” blik. Weer aankleden zeker!

Maar neen! Het was niet zo dramatisch. Ze hadden Luc zijn bed gewoon twee keer opgemaakt.

Moet er nog liuicht zijn?

Ik werd wakker en kreeg geen adem, maar dan helemaal niets. Op dat ogenblik lag ik al op mijn ellebogen geleund. Ik deed moeite om te ademen, wat toch met enig geluid gepaard ging.

“Wat is er?” vroeg Luc. Ik kon niet antwoorden. “Wat is er?” drong hij aan. “Licht!” snakte ik terwijl ik meer nood aan lucht had.

Hij stak het licht aan.

Ik gooide mijn benen uit bed en zette me recht, nog steeds naar adem snakkend. Een zucht van opluchting verliet mijn maag die me opzadelde met een misselijkheid zonder weerga.

Ik dronk enkele glazen en de misselijkheid ebde zeer langzaamaan weg. Slapen dierf ik niet als ik zo maar kon stikken.

Achteraf bezien denk ik dat ik een reflux heb gehad in mijn slaap. En Luc? Die dacht dat ik droomde.

Page 1 of 3

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén