Een vredig stapke van hier naar het stadje zegt mske dan. Moet je horen!

Ze vertrekken gisteren en komen in het straatje dat doodloopt op het onzichtbare weggetje en mske ziet dat GrootLawijt los loopt. GrootLawijt is een grote hond met krollekes die telkens voor de poort staat te bluffen. Die poort ligt schuin en als Slow en mske rond de achterliggende schuur lopen komt hij uit de schuur gestormd en geeft hen daar nog een grote bek.

Gisteren liep hij dus los en Slow vroeg: “kunnen we geen andere weg nemen?” “Neen hoor” zei mske en stapte het doodlopend straatje in. GrootLawijt stond onmiddellijk bij haar en vandaar rende hij naar Slow. Zijn eigenaar riep hem wel terug en zei: “hij doet niks hoor”. Dat weet mske ook wel, maar het gaat niet op, want iemand die niet thuis is met honden zou wel eens foute beslissing kunnen nemen. Nu ja, Slow en mske hebben er maar niks van gezegd.

Midden in het veld zaten de poesjes er weer, net op de zelfde plaats als de dag er voor. Twee kleine kittens, samengedrukt op een stukje aarde in het midden van al dat gras. Afgezet waarschijnlijk, in de buurt van de grote boerderij.

En toen werd Slow door de daas gestoken.

In het stadje cirkelde een helikopter boven de markt.

In het zwembad stond een politieman iets te vertellen over een ongeval en twee gewonden en dan nog iets over oppikken en afzetten. Maar ja.

In het water zaten enerzijds vier jongeren met drie matten zodat de zwemmers in de andere helft moesten maar daar stonden drie zwemmers in het midden koffiekranske te houden en hun kunsten te tonen. Tegen de jongeren werd wel de opmerking gemaakt dat ze zich tot de helft moesten beperken, de anderen … tja, wat konden ze daar nu tegen zeggen.

En toen Slow en mske terug stapten cirkelde de helikopter boven hun hoofd. Slow die steeds op alles anders reageert dan een normaal mens, trok zijn t-shirt over zijn oren en zong “dang dang dang dangdang” op de tonen van de tune van James Bond. Landt die helikopter toch zeker … op het graspleintje. En wie sukkelt daar uit? De flik van ’s ochtends. Eerlijkheidshalve gezegd zou mske daar iets vlotter uit gekomen zijn want zij zou daar met een joepke uitgesprongen zijn.

In het natuurgebied komen ze kinderen tegen die vragen of ze geen vuiligheid bij hebben. Dat is een spel, zoveel mogelijk vuiligheid bijeen krijgen. Jakkes! Wat verder, aan Slow en mskes eetplaats stond een nog grotere groep. Allemaal met gele huishoudhandschoenen aan en ze zeulden met een reuzevuilzak.

En terwijl Slow en mske hun boterhammeke opaten, eindelijk gerust, kwamen goeiedag, goeiedag en joep daar ook weer langs. En die mannen hebben ze nu ondertussen al redelijk veel gezien en die vertederen mske steeds want die bewijzen dat er nog van dat jong soort rondloopt dat niet nurks kijkt of met zijn hoofd in de grond loopt om toch maar niks te moeten zeggen. Alleen heeft één van hen van dat spierwit, maar dan ook spierwit haar en heel ondeugende ogen. En het kleine meisje met haar twee witte vlechtjes heeft wel iets van Pippi Langkous.