Voor dag en dauw waren mske en Slow al op en weg. Het was nog stikke donker maar ik hoorde mske zeggen dat ze op tijd Brussel wou voorbij zijn.

En toen ze Brussel voorbij waren, realiseerde ze zich ineens dat ze niet had gekeken naar de kerk en de school uit vroegere dagen en ze keek snel opzij, nog net op tijd om de kerk achter de bomen te zien verdwijnen. Alhoewel ze daar al jàren weg was keek ze daar telkens naar, als ze op die plaats voorbij reed. En indertijd met Ex keek ze daar dievelings naar want hij had eens gezegd “jj lijkt op je moeder” toen ze de dingen eens aan haar kinderen aanwees. En dit gezegd zijnde van een man, die niets anders kon dan straffe toeren uit zijn legertijd vertellen …

En nu had mske niet gekeken.

En toen ze de afrit Nevele-Hansbeke voorbijreden, bedacht ze ineens dat dit wel een autosnelweg naar het verleden was. Hoe verder je reed, hoe langer geleden.

En ze wou nog wel eens naar het dorp uit haar kindertijd gaan kijken, het kasteel van Poeke, Vinkt … de molen van Poesele en zo meer en ze bedacht dat ze dat konden doen in het naar huis komen. Maar toen ze naar huis kwamen regende het blaaskes en besloot mske dat ze dat in de zomer wel eens zouden doen. En ze vergat in de buurt van de afrit Nevele-Hansbeke naar de Bellemse bossen te kijken en later vergat ze ook de school en de kerk.

Misschien doet het er gewoon niet meer toe.